
De Canadese band Huis wordt in 2009 opgericht door bassist Michel Joncas en de toenmalige toetsenist Pascal la Pierre. Uiteindelijk voegen gitarist Michel St-Père, zanger Sylvain Descoteaux en drummer William Regnier zich bij de band om vervolgens in 2014 de debuut cd “Despite Guardian Angels” op te nemen. Dan verlaat la Pierre de band en komt er een nieuwe toetsenist in de persoon van Johnny Maz de gelederen versterken. In 2016 verschijnt “Neither In Heaven” het tweede album van de band. Dat de heren lekker bezig zijn met hun Knight Area, Mystery-achtige geluid is overduidelijk.
Ik voel me dan ook ontzettend thuis bij de muziek van de band. Hun hier besproken derde album “Abandoned”, heeft, als je het beschouwd als een woning, naar mijn smaak de juiste architectuur en inrichting. De bouwstijl is onmiskenbaar neo-progressief, niks meer en niks minder. Eerdergenoemde werkstukken van de band zijn overigens gebouwd op exact dezelfde pijlers. Het comfort straalt er vanaf.
Als je de woning betreedt, word je gelijk geconfronteerd met het alom overtuigende basspel van Joncas en niet veel later ook met de uitstekende zang van Descoteaux. De heldere tonen van Joncas en de bronstige stem van Descoteaux voeren je moeiteloos door de lange gang en beide heren laten je met graagte alle kamers van het pand zien. In de ontvangstruimte klinkt een lekkere synthsolo en ondertussen bereikt het besef je dat je gebeiteld zit met deze muziek.
In de keuken klinkt de pakkende AOR-song The Giant Awakens waar de vele samenzang de bijna-hardrockklanken fraai omlijsten. Het gaat richting Styx en zelfs Deep Purple. Wat volgt zijn twee epische nummers die beiden in de dubbele cijfers klokken. Hier horen we Huis op z’n best. Beelden van een leuke, gezellige maar vooral ruime woonkamer doemen op. Caducée gaat heel melodieus van start alsof het een track van Mystery betreft, logisch eigenlijk aangezien gitarist St-Père in beide bands speelt. Op het gehele album is zijn spel overigens steeds de kers op de taart. Wat de sfeer van Caducée betreft: het leeuwendeel van het nummer komt langs in een ontspannen mid-tempo groove waarbij de stem van Descoteaux erg veel aan die van Phil Griffiths (Poor Genetic Material) doet denken. Tevens heeft Descoteaux op de meer intense momenten van het album ook dat Damian Wilson-achtige.
We kunnen de luie stoel even uit om de haard op te porren. De eerste minuten van Stolen knetteren namelijk nogal. Het nummer neemt daarna een rustige wending met onder andere de dwarsfluit van Jean Pageau (Mystery). Wat volgt is een stuk met gedragen pianospel.
En zo gaat het maar door op het album. Zonder zichzelf in gevaar te brengen presenteert men twee instrumentaaltjes, Solitude en het vlotte Haunting Days dat zeker aan hun landgenoten Saga doet denken. Het daartussen liggende Chasing Morning Glory is een afwisselend nummer dat op de één of andere manier iets sixties heeft. We Are Not Alone is een prachtige ballad compleet met dromerige dwarsfluit, een track met slaapkamerallure. Aan het eind van de gang openen de deuren zich voor Oude Kerk III, het vervolg van de eerste twee delen die op “Despite Guardian Angels” staan. In dit derde deel komt Huis met een geluid a la het oude IQ.
“Abandoned” is een prima huis om in te vertoeven en Michel Joncas en consorten zijn uitstekende gastheren. Luisterend naar al hun albums moet ik terugdenken aan m’n kindertijd waarin ik menig plattegrondje van een denkbeeldig huis tekende. Eigenlijk doet de Canadese band precies hetzelfde met hun fantasie.
© Dick van der Heijde 2022